zaterdag 9 december 2017

Grand Canyon National Park – Lees Ferry (AZ)



Dinsdag 26 april 2016,

Van de top to the bottom


Vannacht was het koud! De hagel lag op de picknick tafels. In de camper zit gelukkig een kachel en die hadden we afgesteld. Vannacht is de kachel een paar keer aangeslagen zodat we het niet echt koud hebben gehad. De dekens van de verhuurmaatschappij stellen niet veel voor. We hadden alle truien en jassen boven op de dekens gelegd om warm te blijven. Hier op de camping hebben we mensen gezien die gewoon in een auto slapen, ook sommigen in tentjes. Dat moet vannacht met deze kou geen pretje zijn. Vandaag is de helikoptervlucht over de Grand Canyon. Die hebben we in de ochtend gepland, om 9 uur, zodat we de rest van de dag aan ons zelf hebben. Ook gelezen dat het in de ochtend vaak helderder is dan later op de dag. Daarom hebben we besloten voor een vroeg tijdstip en zijn dus redelijk vroeg opgestaan. Wassen, aankleden en dan ontbijt, geroosterd brood met jam, lekker. Dan is het tijd om te vertrekken, we willen niet te laat zijn. We moeten naar Tusayan, een plaatsje net buiten het park onder Grand Canyon Village. Over de 64 South gaan we naar Papillon Grand Canyon Helicopters waar het vliegveldje voor de helikopters is. Het is maar 15 minuten rijden en we hopen dat de tocht doorgaat. Als we aankomen zetten de we de camper op de parkeerplaats en lopen naar binnen, en we zien we al een paar helikopters staan. Spannend. Aan de balie krijgen we echter te horen dat we niet op de juiste plaats zijn. We moeten en stukje doorrijden voor een ander gedeelte van het bedrijf waar ook helikoptervluchten worden geregeld. Dus terug naar de parkeerplaats en nog een klein stukje rijden. Het is vroeg maar er staan al een paar auto’s op de parkeerplaats. Weer naar binnen en we melden ons. We zijn mooi vroeg en kunnen gaan zitten en wachten met de andere mensen die met de helikopter mee gaan. Buiten staan de helikopters op een rijtje. Een piloot is bezig met de voorbereidingen.



















Een helikoptervlucht boven de Grand Canyon moet geweldig zijn. Voor veel reizigers, maar ook voor ons, een droom om de Grand Canyon vanuit een helikopter te bewonderen. De helikopter vluchten over de Grand Canyon starten vanaf verschillende plaatsen, Las Vegas, Page en dus die van uit Tuyasan South Rim en door verschillende maatschappijen. De prijs is afhankelijk van de bestemmingen en de duur van de vlucht. De populairste vluchten zijn die van een 25-30 minuten en die van 40-45 minuten. Bij beide helikoptervluchten krijg je goede indruk van 's werelds grootste en mooiste kloof.

Wij hebben een vlucht rechtstreeks via Papillon geboekt. Vaak is dat goedkoper en je kan zelf de vertrektijd kiezen. Er is genoeg keuze, met een gewone helikopter, een EC130 ruimere helikopter met panoramische ramen of met een vliegtuigje.

North Canyon Tour is de kortste,
25 - 30 minuten, en goedkoopste tour. Deze helikoptervlucht vertrekt vanaf de Grand Canyon luchthaven in Tusayan. Met deze vlucht ga je eerst over de Kaibab National Forest. Dit is de centrale regio van de Grand Canyon, waar het landschap het meest divers is en de uitzichten het spectaculairst zijn. Je vliegt over de South Rim, via het smalste gedeelte van de Grand Canyon, naar de North Rim. De helicopter vliegt in de vorm van een lus, zodat alle inzittenden aan weerszijden van het uitzicht kunnen genieten. Verder zie je de Tower of Ra en Vishnu Schist en vlieg je terug door de Dragon Corridor. Dit is het gedeelte van de Grand Canyon waar deze het breedst en diepst is.

De North Canyon with EcoStar Tour. Dat is dezelfde vlucht als de North Canyon Tour maar dan met de EcoStar EC130 helikopters. Deze helikopter is moderner, stiller en heb je een 180 graden zicht. 
Wij gaan met de Imperial Air EcoStar Tour. Dit is ook met de moderne en milieuvriendelijke, EcoStar EC130 helikopter. Deze helikopters beschikken over een bijna 180 graden gezichtsveld, verhoogde stadionstoelen en zijn  ook geluidsarmer. De tour vertrekt vanaf Grand Canyon Airport en brengt ons naar het oostelijke gedeelte van de Grand Canyon, waar de Little Colorado samenvloeit met de Colorado River, de North Rim van de Grand Canyon en de Dragon Corridor. Het is een uitgebreide tour waardoor we veel delen van de Grand Canyon zien. De vlucht duurt 45 – 50 minuten en we hebben er zin in.
Je hebt ook de South Rim Airplane Tour. Dat is een vlucht met een klein Vistaliner vliegtuig. Het vliegtuig is voorzien van extra grote ramen zodat je een goed zicht hebt. Deze tour vertrekt vanaf Grand Canyon NP Airport en is een goedkope manier om ook de Grand Canyon vanuit de lucht te zien. Deze vlucht duurt ook ongeveer 45 – 50 minuten.
Over the Edge is een 30 tot 40 minuten durende helikopter tour die vertrekt vanaf de West Rim. Met deze vlucht ga je naar de bodem van de Grand Canyon waar je wat tijd krijgt om de omgeving te bekijken. Vervolgens gaat de vlucht verder over de Grand Canyon West Express naar Eagle Point en Guano Point. Vertrekpunt van deze vlucht is vanaf Grand Canyon West Airport, nabij de Grand Canyon Skywalk.

De Grand Celebration Tour is een 4,5 uur lange tour die vertrekt vanuit Las Vegas. Tijdens deze vlucht zie je de Hoover Dam, Grand Wash Cliffs, Grapevine Mesa en Grand Canyon West. De helikopter landt uiteindelijk op de bodem van de Grand Canyon bij de Coloradorivier. Daar krijg je een maaltijd aangeboden en kun je de omgeving verkennen. Aan deze tour hangt wel een prijskaartje van $329 p.p

De Golden Eagle Air Tour start vanuit Las Vegas en is heel geschikt voor bezoekers die zo veel mogelijk, in korte tijd, van de Grand Canyon willen zien. In deze tour wordt gevlogen met state-of-the-art EcoStar EC130 helikopters. Vanaf de heliport in de buurt van Las Vegas vlieg je over de Hoover Dam, Lake Mead en de Grand Canyon.  De luxste tour is de Skywalk Getaway with Heli & Boat. Dat is een 6,5 tot 7 uur lange en uitgebreide tour en de start is ook vanuit Las Vegas. Ook nu vlieg je over de Grand Canyon, Hoover Dam en Lake Mead waarna de helikopter je afzet op de bodem van de Grand Canyon. Vervolgens maak je een cruise over de Coloradorivier en als laatste bezoek je de toeristische Skywalk aan de West Rim. Neem wel een dikke beurs mee. Deze tour kost ongeveer $ 554,- .


Al gauw komt bericht dat de ochtend vluchten waarschijnlijk niet door gaan. Het weer is te onstabiel. Dat komt nog door de buien van gisteren, er is te veel turbulentie. Ze maken een proefvlucht en dan horen we wat ze besluiten. Na ongeveer een 20 minuten wachten krijgen we te horen dat het niet door gaat.
Het is niet verantwoord en we balen even heel erg…………. Nou ja, er zijn ergere dingen.

We kunnen de vlucht annuleren en krijgen dan ons geld terug of we kunnen voor een ander tijdstip en datum kiezen. Even overleggen en we besluiten het geld terug te vragen. Dan hebben we de rest van de dag voor het andere gedeelte van de Grand Canyon en we willen vanavond nog in Lees Ferry zijn. Dus een vlucht in de middag komt ons niet uit. De maatschappij heeft onze creditcard gegevens en ze beloven het geld terug te boeken. We krijgen een bewijs dat de vlucht geannuleerd is. Jammer dat het niet door gaat we hadden er ons op verheugd maar het is mooi weer en er staan nog genoeg andere dingen de komende dagen op het programma. Rustig lopen we terug naar de camper en nog wat beduusd rijden we terug naar het park. We rijden door naar Grandview Point en daar drinken we een bakkie troost. Dat hebben we wel verdiend na deze sneue morgen.



Na de helikoptervlucht hadden wij alle resterende punten van de East Rim nog willen doen maar we besluiten het toch maar wat in te korten. Een paar hebben we gisteren al gedaan omdat die uitzichtpunten alleen via de oranje shutlle buslijn te bereiken zijn zoals Pipe Creek Vista, South Kaibab Trailhead en Yaki Point.

Daarom beginnen we met Grandview Point. Vanaf het uitzichtpunt kijken we uit over Horseshoe Mesa. Horseshoe Mesa is een platte rotspartij die een heel eind de Grand Canyon in steekt. Aan de ene kant van de mesa stroomt de Cottonwood Creek en aan de andere kant de Hance Creek. Vanaf deze locatie begint ook een trail omlaag de canyon in, de Grandview Trail. Deze trail is heen en terug iets minder dan 10 kilometer. Het pad is erg steil, en er is vrijwel nergens schaduw. Na een kleine 5 kilometer bereik je Horseshoe Mesa. Deze trail sluit ook weer aan op de Tonto Trail. De trail is gemaakt door mijnwerkers.




Hier was vroeger ook een koper mijn, de Grandview Mine of ook wel de Last Chance Mine genoemd. Eigenaar was Pete Berry en hij beheerde de mijn van 1892 tot 1901. In het Historic District van Grandview Mine zijn nog overblijfselen van de mijnwerkzaamheden zoals machines en ruïnes van een stenen huis te zien. Hij legde de vier mijl lange Grandview Trail aan naar de kopermijn. Hoewel het erts meer dan 70% zuiver koper bevatte was de mijn niet winstgevend. In 1901 verkochten Berry en zijn partners het aan de Canyon Copper Company die de mijn tot 1907 exploiteerden. De mijn werd vervolgens gekocht door William Randolph Hearst, die het in 1940 aan de National Park Service verkocht. De mijn is nu afgesloten en sinds 2009 mogen er geen delfstoffen meer gewonnen in het Nationale Park. Voor de mijn ingangen zijn roosters geplaatst die mensen tegen houden maar vleermuizen nog wel doorlaten.

Zonder zon was de Grand Canyon al heel indrukwekkend maar met zon nog twee keer zo mooi. Alle kleuren lichten op, prachtig. Het weer wordt steeds beter en de zon komt er steeds meer bij. Nog steeds een beetje raar gevoel over dat de helikopter vlucht niet door ging; ook omdat het weer steeds beter wordt. We denken dat de lucht nog wat onstabiel is door de sneeuw en hagelbuien van gisteren en dat daardoor de helikopters niet konden vliegen. Omdat Grandview Point ver uitsteekt kun je heel veel van de Grand Canyon zien. De wolken veroorzaken schaduwen die door de wind opschuiven. Het is een prachtig kleurrijk schouwspel. Het is weer tijd om verder te gaan en we gaan weer naar de Desert View Drive. Dit is trouwens vanaf het Visitor Center tot Desert View een 35 kilometer lange weg. Buiten de uitzichtpunten is er niet veel te zien. Een zacht glooiende weg met aan weerskanten heel veel bos met kleine pijnbomen. 



Na een poosje rijden komen we bij Moran Point. Hier zien we helderrode lagen van leisteen in de wanden van de canyon. Direct onder Moran Point is Red Canyon, een zeer kleurrijke zijrivier. Wat erg opvalt is zijn de onderste uiteinden van dieprode/oranje gelaagde rotsen, Hakatai-schalie. Het uitzichtpunt is vernoemd naar Thomas Moran die in 1873 hier voor het eerst kwam. Hij hielp met de publiciteit voor de canyon waardoor het uiteindelijk in 1908 een Nationaal Monument werd en in 1919 een National Park.



 















Het is tijd weer verder te gaan. De volgende stop langs de Desert Vieuw Drive is geen uitzichtpunt maar een archeologische site met museum. Aan een korte zijweg ligt aan de rechterkant Tusayan Museum and Ruin. Wij gaan er niet heen. In dit kleine dorp leefden gedurende een korte periode omstreeks het jaar 1185, een aantal families van de Anasazi Indianen. De site bestaat uit een kleine, U-vormige pueblo met een woonkamer, bergingskamers en een kiva. Opgravingen hebben aangetoond dat de site ongeveer 20 jaar bewoond geweest is.
Het Tusayan Museum is in 1928 gebouwd naar een ontwerp van de nationale parkdienst architect Herbert Maier. De bouwkosten werden gesponsord door Laura Spelman Rockefeller. In 1934 werd het museum verbouwd en uitgebreid en bevat nu ook info over de Hopi indianen. Pas in 1930 werd de site uitgegraven en geconserveerd. Deze archeologische site wordt door de National Park Service (NPS) als een van de belangrijkste archeologische locaties in Arizona beschouwd. Op de site zijn rondleidingen maar je mag er ook zelf rondlopen en de ruïnes en het museum bekijken.



Tusayan Museum and Ruin slaan we dus over want onze volgen de stop is Lipan Point. Het uitzichtpunt ligt op een top en biedt bijna een 360° uitzicht als het dennenbos in het oosten er niet was. Het startpunt voor de 8 mijl lange Tanner Trail ligt op korte afstand van de parkeerplaats. Vanaf Lipan Point kijk je neer en over de Seventyfive Mile Creek en zijn zijrivieren. Het is niet makkelijk te zien maar hier heeft de Colorado River een kleine 100 stroomversnellingen. Wel zien we naar het oosten op grote afstand een aantal zanderige bochten van de Colorado River. Als we naar links kijken zien we ook een stukje van de Colorado River. Daar zien we in het groenige water witte vlekken, dat zullen wel de stroomversnellingen zijn.


Het één na laatste uitkijkpunt langs de Desert View Drive is Navajo Point. Daar gaan we nu heen. Navajo Point ligt op slechts een halve mijl ten westen van Desert View en geeft een uitzicht op de 'grote bocht' van Colorado. Op 7.498 voet, is Navajo Point bijna de hoogste plek langs de South Rim. Van het uitkijkpunt zie je 2.000 meter lager, naast Tanner Canyon, Escalante Butte en Cardenas Butte. In de ochtend is dit een prachtige plek om te fotograferen en we treffen het, het is nog steeds ochtend en het is prachtig. Hier kun je ook een flink stuk van de Colorado River zien. Heel in de verte zien we aan de rechterkant Desert View Watchtower. Het lijkt maar een klein uitsteekseltje maar het is een 5 verdieping hoge toren. Als we met de fotocamera inzomen wordt de toren steeds groter. Dat wordt straks onze laatst stop in de Grand Canyon.  

 



In de verte horen we een helikopter, de rondvluchten zijn weer begonnen. Het weer is zeker dusdanig verbeterd dat dat ze weer kunnen vliegen, wel even zuur. Hadden we een later tijd geboekt dan hadden we daar misschien gevlogen. Maar niet is zeker en je kunt ook niet alles hebben. Nu genieten we ook. 



Dit is ook het uitzichtpunt waar je in de lengte een stuk van de Colorado River kunt zien, mooi. Er achter zie we de bovenkant van de rim die helemaal vlak is. Wat is de natuur toch wonderlijk en wat is het toch mooi dat we dit allemaal kunnen en mogen zien.  
Er zijn meer mensen die van dit uitzicht genieten en elkaar op de foto zetten. We bieden een stelletje aan hen even op de foto te zetten en dat doen ze later ook even bij ons, leuk.




Op weg naar Desert View, het nodige er over gelezen en heel benieuwd. Het is inmiddels heerlijk weer en misschien kunnen straks de fleecejacks uit en de korte broek weer aan. Na een kort ritje komen we bij Desert View met zijn wachttoren. We zetten de camper op de parkeerplaats naast een andere camper van Cruise America. Die heeft dezelfde beschildering als die van ons, van Joshua Tree NP, leuk. Dan lopen we naar de wachtoren want daar komen we voor en natuurlijk voor het uitzicht.

Desert View Wachtower, ook bekend als de Indiaanse Watchtower in Desert View, is een 21 meter hoge stenen toren op het uiterste puntje van Desert View Drive. De vier verdiepingen hoge toren werd in 1932 gebouwd. Het was een ontwerp van de Amerikaanse architect Mary Elizabeth Jane Colter. Zij werd daarbij geïnspireerd door de overblijfselen van de torens die in de Four Corners Area zijn gevonden, en die vroeger zijn gebouwd door de Anasazi-Indianen. Een voorbeeld vinden we nog in het Hovenweep Nationaal Monument. Ze was een medewerker van de Fred Harvey Company die ook vele andere gebouwen in de Grand Canyon-omgeving heeft ontwikkeld en ontworpen, zoals Hermit's Rest en de Lookout Studio. Het interieur bevat muurschilderingen van Fred Kabotie.
Mary Colter heeft zes maanden onderzoek gedaan naar archeologische prototypes en bouwtechnieken voordat ze een schaalmodel van klei van de toren maakte. Voordat het laatste ontwerp klaar was heeft Colter een 21 meter platform gebouwd om de uitzichten van de voorgestelde toren te beoordelen.

De basis van de toren is rond en ziet er erg oud uit, net of hebben ze een oude toren op een ruïne gebouwd. De kleine ramen zijn onregelmatig geplaatst en sommige ramen hebben ook een onregelmatig vorm. Kleine ramen in de schacht van de toren laten lichtstralen in de onderste ruimte wat een heel aparte lichtinval geeft.
De hoofdruimte is de Kiva-kamer en het plafond is bedekt met boomstammen die uit het oude Grandview Hotel werden gered. Het plafond is niet dragend maar verbergt de echt dragende balken die de observatiedekken ondersteunen.
De Kiva Room beschikt over een open haard met een groot venster direct boven de plek waar normaal gesproken de schoorsteen zit. Rook wordt afgevoerd door een afwijkende en verborgen rook kanaal. De kamer bevat nog steeds zijn originele meubels.



  
Binnenin is de toren een soort open schacht en op verschillende verdiepingen heb je cirkelvormige balkons met uitzicht op de centrale ruimte. De toegang naar de balkons gaat via kleine trappen. De bovenkant van de toren is overdekt, waardoor een gesloten observatieniveau wordt gecreëerd met grote glazen ramen. Het open observatiedek, op het dak, is nu gesloten voor bezoekers en wordt gebruikt voor radioapparatuur. 

















De binnenkant van de toren is gedecoreerd met muurschilderingen van Fred Kabotie, met andere, petroglyph- stijl decoraties van Fred Greer. De toren beschikt ook over een aantal "reflectoscopen" (zwarte spiegels) om het uitzicht op de canyon in een meer abstracte stijl te reflecteren. Hierdoor krijgen bezoekers een alternatieve weergave van de Canyon.

De toren is nu een National Historic Landmark en de Watchtower is een onderdeel van het Desert View Watchtower Historic District. Een aantal andere gebouwen van Desert View horen hier ook bij. Onder andere de Residence View Caretaker's Residence (1930), het oudste bestaande gebouw in de omgeving. Verder een aantal andere gebouwen, hutten, schuren en een comfort station. 

 

















Wij gaan nu ook kijken en lopen naar binnen. Het is prachtig, man…… wat is dit mooi. Het komt ook door het licht dat door de kleine ramen naar binnen valt. De toren is nog geen honderd jaar oud maar alles doet veel ouder aan. Dat komt waarschijnlijk ook door de oude meubels, vazen en muurschilderingen. Je waant je in een oude indianen tempel.
Eerst bekijken we de beneden verdieping en zien het plafond dat bekleed is met boomstammetjes. Op de beneden verdieping is ook een gift shop maar dat geloven we wel.
Er zijn ook enkele grote ramen die uitzicht bieden op de canyon maar dat bekijken we later buiten wel. Dan is het uitzicht nog veel beter. Dan gaan we een trap op, de ijzeren leuning is met leer bekleed zodat het er oud uit ziet. We komen op de eerste galerij en wat ziet alles er mooi uit. Alle wanden zijn beschilderd met verschillende afbeeldingen. Gekleurde afbeeldingen naar het voorbeeld van afbeeldingen die indianen elders in Arizona in het verleden gemaakt hebben. 




Zelfs de binnenkant van de rand van de balkons zijn beschilderd. We kunnen zien dat dit het werk is van Fred Kabotie want wij hebben zijn muurschilderingen ook gezien in Petrified Forest in de the Painted Desert Inn. We zien figuren van mensen, dieren, tekens, en petrogliefs etc. Heel mooi geschilderd, het doet echt heel oud aan. Er staan oude meubels en oude vazen. Hierin hebben ze een lamp gezet die op de achterwand schijnt. Het geeft een heel mooi effect. Wij vinden het prachtig om te zien. Het bekijken van de Desert View Watchtower is zeer zeker de moeit waard. Trouwens iedereen vindt het mooi. Er zijn veel mensen maar iedereen is stil en onder de indruk, zelfs de jongeren.












Over smalle trappen gaan we naar de volgende verdieping, het observatiedek. Daar zijn grote ramen en heb je zicht op de omgeving en de Grand Canyon. We kunnen heel ver kijken want het is buiten erg helder. Het is jammer dat er glas tussen zit en dat het glas wat vies is. Daardoor wordt alles een beetje vaag en grijs. Maar ja ramen wassen zal hier wel niet gemakkelijk zijn, het is geen draairaam. We moeten het er maar mee doen. Dit observatiedek is het hoogste punt van de South Rim van de Grand Canyon. We bevinden ons op 2293 meter boven de zeespiegel. Vanaf dit punt hebben we een geweldig uitzicht over de Colorado River, Painted Desert in het noordoosten, en San Francisco Peaks in het zuiden en Marble Canyon in het noorden. Ongeveer 12 mijl verderop moet ook de Little Colorado River lopen en uitmonden in de grote Colorado River. Helaas kunnen we door de bochtige Colorado River dat punt net niet zien.

 


















Na een poosje gaan we weer naar beneden. We lopen de smalle trappen af en gaan naar het observatie dek buiten. Heerlijk, de zon schijnt. De schaduwen van de wolken vloeien over de Grand Canyon en veroorzaken een prachtig schouwspel. We kijken over de rand en genieten. Het is hier druk maar dat komt waarschijnlijk ook omdat het nu mooi weer is. Er zijn hele groepen maar ook oudere en jonge stellen met kinderen. Natuurlijk worden de nodige selfies gemaakt maar men vraagt elkaar ook om een foto te maken met de Grand Canyon op de achtergrond. Doen wij ook even en daarmee is het bewijs geleverd dat wij ook in en bij de Grand Canyon geweest zijn. 

Het is tijd onze reis te vervolgen, op naar Lees Ferry. We lopen terug naar de parkeerplaats en zoeken onze camper op en dat wordt niet zo gemakkelijk. Er zijn nu 3 Cruise America campers met dezelfde afbeelding van Joshua Tree NP op een rij.
Wil de echte camper zijn claxon laten horen? De laatste camper eigenaar vond dit zeker ook leuk en heeft zijn camper naast die van ons gezet. Wel heel toevallig, drie dezelfde campers met dezelfde afbeelding en grootte naast elkaar. LEUK


Het is tijd weer verder te gaan en we verlaten Grand Canyon National Park. Het was zeer zeker de moeite waard het park te bezoeken en de uitzichtpunten te bekijken. Hoogtepunten zijn wel het zicht op de canyon met de prachtig gekleurde rosten en in de diepte de Colorado River. Als het mooi weer is moeten de zonsopkomst en zonsondergang prachtig zijn, helaas was het weer niet geweldig toen wij er waren. Ondanks dat de helikoptervlucht niet door ging hebben we genoten van het park. Nu is het tijd voor het vervolg van onze reis. 



Over de 64 East gaan we richting Camaron. De weg gaat eerst door pijnboom bossen maar als we buiten het park zijn wordt het als snel kaler. Nu is ook goed te zien dat Grand Canyon NP hoog lag ten opzichte van het gebied waar we nu naar toe rijden. De weg is goed en het rijdt weer prima. Het is nog wel bewolkt maar doordat we dalen wordt de temperatuur ook hoger. Nog even dan kunnen we de korte broek weer aandoen.
Ook kunnen we weer langs de uitzichtpunten van de Little Colorado River die in het gebied van de Navajo’s liggen. Wat we al rijdend van de Little Colorado River zien, lijkt het net op een grote scheur in de aarde. De Little Colorado laten we achter ons en we komen nu een redelijk vlak en glooiend gebied. De weg slingert zich door het landschap en na een tijdje bereiken we Cameron. Dan slaan we af en nemen de 89 North, richting Page. Het is nog wel een stuk rijden naar Lees Ferry, ongeveer 75 mile en dat kost ons ruim 5 kwartier. 


Het eerste stuk over de 89 hebben we al eens eerder gereden, toen we naar de Grand Canyon toe gingen en toen we heen en terugreden van onze trip naar Coal en Blue Canyon. Dit stuk hebben we dus al drie keer gezien maar het blijft intrigeren. Aan weerskanten gekleurde lage heuvels, grijs, bruin en rood. Aan weerskanten heuvels en het lijkt net of rijden we door een wash waar ze een geasfalteerde weg op hebben aangelegd. Als we later op Google Maps kijken is duidelijk te zien dat de 89 in een soort sleuf ligt helemaal van Camaron tot aan Mable Canyon. 

 





 
































Dan zien we iemand fietsen op de 89. Of hij is moedig of levensmoe. Je moet wel veel wilskracht hebben om hier helemaal alleen te fietsen terwijl de auto’s je voorbij razen.
Tassen op de fiets en zo te zien heeft hij een tentje bij zich om te overnachten. Nou geef ons maar het huisje op wielen, dat bevalt ons heel best.



















Dan komen we door Bitter Springs. De weg naar rechts blijft de 89 en gaat naar Page. Wij gaan rechtdoor op de 89A naar Navajo Bridge en Lees Ferry. Aan de weg zien we dat we afdalen naar de Marble Canyon en de Colorado River. Rechts van ons zien we de Echo Cliffs en tegenover ons de Vermilion Cliffs. Miljoenen jaren geleden was hier een oceaan. De Vermilion Cliffs bestaan ​​daarom uit afgezette zilte woestijnduinen. Het zand is later geïnfiltreerd met carbonaten. Die carbonaten zijn verkleurd door rood ijzeroxide, blauwpaarse mangaan en andere mineralen. Daardoor hebben de bergen van Vermilion Cliffs zo’n opvallende paarse en rode kleur en ook hun naam te danken.
Boven Vermilion Cliffs is het trouwens niet mooi weer. We zien daarboven grijze luchten en we zien dat het daar regent, of sneeuwt. Zoals hij nu lijkt blijft het daar en zullen wij er geen last van krijgen. De weg ligt in een laagvlakte en is begroeid met gras en sagebrush. De kliffen komen steeds dichter bij elkaar.


Als eerste willen we naar Navajo Bridge en we hadden het idee dat we er al waren. De afstand vanaf Bitter Springs is toch groter dan wij dachten. Dan ineens zijn we er en zien we de brug, of bruggen liggen. Het is een van de weinig bruggen over de Colorado River.
De Colorado River was in het verleden een bijna onneembare hindernis. De bruggen, waaronder de Navajo Bridge, maakten het achterland bereikbaar. 

Navajo Bridge. In de jaren 1870 begonnen pioniers van Utah hun nederzettingen uit te breiden naar het noorden van Arizona. De bijna 965 km lange strook van diepe canyons langs de rivier de Colorado stonden hen in de weg. Een van de weinige plekken waar men de Colorado River over kon steken was aan de monding van Glen Canyon. Hier was een natuurlijke corridor tussen Utah en Arizona. In 1873 kwam er een veerboot en die plek werd genoemd naar John D. Lee, Lees Ferry. Het werd een belangrijke oversteekplaats in de route voor de pioniers, kolonisten en het lokale verkeer.

Echter de oversteekplaats en veerdienst waren, gezien de grillen van de Colorado-rivier, niet optimaal en niet veilig. Ook het verkeer nam toe, meer, groter en zwaarder. Er moest een brug komen. Men koos voor een plek 8km stroomafwaarts van Lees Ferry bij Marble Canyon.


De bouw startte in juni 1927. Het was een ruig en afgelegen gebied en het was erg moeilijk om mensen, materialen en apparatuur, over een afstand van maar 244 meter, van de ene kant naar de andere kant te krijgen. Daarom werd, wanner mogelijk, de veerboot gebruikt om materialen over te brengen. Echter, op 7 juni 1928, zonk de veerboot waarbij drie mannen omkwamen. Omdat men wist dat de brug binnen een jaar klaar zou zijn werd de veerboot niet vervangen.


Door het uitvallen van de veerboot was er geen directe route meer tussen Utah en Arizona. Bouwvakkers en transportbedrijven moesten 1287km. omrijden om bij de bouwplaats aan de andere kant van de rivier te komen. Op 12 januari 1929, werd de brug opengesteld voor het verkeer en kreeg het de naam Grand Canyon Bridge. In 1934 werd de naam gewijzigd in Navajo Bridge.

De originele (1e) brug is 254 meter lang met een maximale hoogte van 142 m vanaf de bodem van de canyon. De rijbaan is 5,5 meter breed en vrachtauto’s met een laadvermogen van max. 22,5 ton mogen er gebruik van maken. Tijdens de ontwerpfase, werd een grotere rijbaan overwogen maar ook gelijk verworpen. Het ontwerp moest dan aangepast worden en het zou een kostbare derde boog worden. Omstreeks 1990 werd de verkeersdruk voor de originele brug te groot, te veel en te zwaar verkeer. De brug maakte inmiddels deel uit van de US Route 89A. In 1981 werd de brug aangewezen als een historisch Civiele Techniek Landmark.

Er werd gekeken waar de nieuwe brug zou moeten komen. Dat was moeilijk omdat er vele lokale belangen speelden, zoals behoud van heilig Navajo land en bedreigde plantensoorten in Marble Canyon. Men heeft er overgedacht de brug te verbreden of te versterken. Dit werd uiteindelijk afgewezen omdat de aangepaste brug niet kon voldoen aan de hedendaagse federale eisen en normen van een snelweg. Als alternatief en als enige optie werd besloten het wegverkeer van de oorspronkelijke brug volledig te beëindigen. Verder werd besloten naast de originele (oude) brug een nieuwe brug te bouwen, sterker maar visueel gelijk aan de originele. 

 

















De bouw startte in 1993 en duurde twee jaar. De nieuwe stalen boogbrug werd gebouwd voor $ 14.7 miljoen en was iets langer dan de oude 277 meter. De brug werd in 1995 in gebruik genomen. De originele Navajo Bridge is nog steeds open voor voetgangers en ruiters. Na voltooiing van de nieuwe brug, werd het oude gebied aan de westkant van de brug gerenoveerd en uitgebreid tot een informatiecentrum over de bruggen. Op de Navajo Nation (oost) kant van de brug is er een ruimte voor Native American met ambachtelijke voorwerpen. 


Navajo Bridge
Historic Bridge
modern Bridge
Totale lengte
834 voet (254 m)
909 voet (277 m)
Staal Arch Length
616 voet (188 m)
726 voet (221 m)
Arch Rise
90 voet (27,4 m)
90 voet (27,4 m)
Hoogte boven rivier
467 voet (142 m)
470 voet (143 m)
Breedte van de Rijweg
18 voet (5,5 m)
44 voet (13,4 m)
Hoeveelheid Staal
2,4 miljoen pond (1,1 miljoen kg)
3,9 miljoen pond (1,8 miljoen kg)
Hoeveelheid beton
500 kubieke yards (385 kubieke meter)
1790 kubieke meters (1370 kubieke meter)
Stalen wapening
82.000 pond (37.000 kg)
434.000 pond (197.000 kg)
Bouwkosten
$ 390.000
$ 14.700.000

In 2006 zijn we hier ook geweest en er is niet veel veranderd. Aan de oostkant is nu een uitzichtpunt gemaakt maar verder is het hetzelfde gebleven. We beginnen dus aan de oostkant, daar kunnen we op het parkeerterrein onze camper kwijt. In 2006 stonden hier allemaal kraampjes van waarschijnlijk Navajo’s. Nu staat hier niets waarschijnlijk hebben ze in de afgelopen jaren zulke goede zakengedaan dat ze niet meer hoeven te werken. De rechter en oude brug is afgesloten met hekken maar je kan er wel over lopen. Het is een stalen open boogbrug en omdat er twee ongeveer dezelfde bruggen naast elkaar liggen is het ook wel bijzonder. We lopen naar de overkant en in het midden kijken we natuurlijk even over de rand. Beneden ons stroomt de Colorado River. Het water is blauwgroen van kleur en het is rustig op de rivier, geen rafter te zien. Over de ander brug rijdt het verkeer. 
De tweede brug lijkt op de eerste maar is veel sterker en kan het zware vrachtverkeer van nu aan. Wij zien geen verschil tussen de bruggen, mooi dat ze het zo gemaakt hebben en geen moderne naast een oude, al heeft dat soms ook wel wat. Aan de overkant, de west kant, staan een aantal gebouwen met een info centrum over de bouw van de bruggen. We gaan niet naar binnen. De gebouwen zijn van dezelfde steen gemaakt als van de omliggende bergen en gaan helemaal op in de omgeving. Mooi. Er staan ook een aantal informatie panelen met informatie over de bruggen.  Even lezen en het is heel interessant.
Langzaamaan lopen we weer terug en dan zien we iets zitten op een draagbalk onder de auto brug. Het is een grote vogel en eerst zien we niet wat het is. Als we met de fotocamera inzoomen zien we dat het een Vulture is een roofvogel van de nieuwe wereld. Waarschijnlijk een Black Vulture (zwarte gier) omdat hij geen rode kop heeft of het moet een jong zijn maar dat denken we niet. Het is nog vroeg in het voorjaar en we denken dat de jonge zwarte gieren nog niet uitgevlogen zijn. Misschien is de vogel gewond of rust hij even uit. Mooi plekje trouwens maar wel veel lawaai boven zijn kop.
Al dat verkeer boven hem/haar.

Na een poosje zijn we weer terug en gaan we naar de camper. Het is tijd naar Lees Ferry te gaan en een overnachtingsplaats te zoeken. Bij Lees Ferry is een campground en we hopen dat er nog plek is. Van het parkeerterrein af rijden we over de nieuwe brug waar alleen auto’s en vrachtverkeer overheen mag. Jammer dat we niet even kunnen stoppen voor een foto en het kan ook niet want er zitten een paar auto’s achter ons. Ach we hebben ook genoeg foto’s van de brug en de omgeving. Als we over de brug zijn komt er een afslag naar Lees Ferry, hoe kan het ook anders: de Lees Ferry Road. De Vermilion Cliffs komen nu wel heel dichtbij en het is een pracht om ze te zien.


Vanaf de Navajo Bridge is het maar een klein stukje rijden naar Lees Ferry Campground. Onderweg genieten we van het uitzicht. De bergen en rotswanden van Vermilion Cliffs en aan de overkant van de Colorado River de Echo Cliffs. Ineens zien we aan de linkerkant van de weg een aantal balanced rocks staan maar we zien geen kans op te stoppen. Dan moeten we die morgen maar even gaan bekijken als we naar Page gaan. Geen idee dat hier ook van die rotsformaties waren. In de verte zien we de camping al en niet veel later rijden we het park op. Zo te zien is er plek genoeg en het ziet er leuk uit. We staan op een hoogte en hebben een mooi zicht over de omgeving en de Colorado River. Het is selfsupporting en we kopen een kaartje, doen het geld in een envelop en zoeken ons plekje op. 




















Ons plekje is naast het washok want daar is stroom. Kunnen we eindelijk onze telefoon, IPad en batterijen van de camera opladen en de laptop gebruiken. Eerst even rusten en wat eten en drinken. De campingstoeltjes halen we tevoorschijn en zo genieten we even van een heerlijk bakje koffie. Het is hier heerlijk rustig. Er staan een paar campers en een paar tentjes. Overal staan struikjes en bloeiende planten, straks maar even kijken. 
Er komt een familie in een hele grote auto en die nemen het plekje tegenover ons. Uit de auto komen een vader, moeder en twee meisjes; het zijn Duitsers. Even later zetten ze hun tentjes op en wij genieten van hun bezigheden. Het is halverwege de middag en dus hebben we nog even tijd om de omgeving te verkennen. Daarom besluiten we met de camper naar Lees Ferry Historic District te rijden. Daar is ook een botenhelling. Hier willen we ook even kijken of er wat te beleven is. 

Dus op weg en rustig rijden we naar het eind. Onderweg zien we op een heuvel een gebouwtje staan, Ranger Staion. Rangers verblijven hier en dat zal wel erg eenzaam zijn, er is niet veel te beleven. Dan komen we bij de botenhelling en daar is bedrijvigheid. We rijden door en zetten de camper op het parkeerterrein en lopen terug. Langs de oever ligt een hele rij rubberboten en stapels spullen, vaten, tonnetjes, peddels, en andere bagage. Ze zullen wel gaan raften denken we. Bij de rubberboten zijn mensen druk aan het werk en we vragen even wat ze aan het doen zijn. Het klopt, ze zijn met de voorbereidingen bezig om morgen met een groot aantal mensen te gaan raften. Het is voor een aantal dagen dus moet er heel veel geregeld worden. Een halve dag van tevoren beginnen ze al zodat ze morgenochtend gelijk kunnen vertrekken. Aan de andere kant wordt de botenhelling gebuikt. Een auto heeft een boottrailer half het water in gereden en een schipper vaart met zijn bootje naar de trailer. Even gas geven en hup klaar.





 






























Dit was best even leuk om te zien. Er is een steiger waar boten aan kunnen leggen en daar lopen we even heen. Dan staan we op de Colorado River. Nog geen 8 uur geleden stonden we op het hoogste punt langs de Grand Canyon en stroomde de Colorado River diep beneden ons en nu staan we ongeveer 30 cm boven het wateroppervlak van deze zelfde rivier. De titel van dit stuk klopt helemaal “From the top to the bottom”

De rivier de Colorado is een 2.333 kilometer lange rivier die ontspringt in de gelijknamige staat Colorado in het Rocky Mountain National Park. De Colorado doorstroomt de staten Utah, Arizona, Nevada en Californië waar het uitmondt in de Golf van Californië. In de rivier zijn veel stuwdammen aangelegd om stuwmeren te vormen voor drinkwater en beregening maar ook voor het opwekken van energie. De rivier is de essentiële bron van water voor 40 miljoen mensen in het zuidwesten van Noord-Amerika.
De bovenloop van bijna 1600 kilometer is zeer diep en steil ingesneden, waardoor er veel verschillende canyons zijn ontstaan, zoals de Glen Canyon. De zijrivieren in het stroomgebied hebben hun eigen canyons gevormd. Daardoor is het landschap gekenmerkt door vele diepe kloven.
De beroemdste kloof waar de Colorado doorstroomt, is de Grand Canyon.
De Colorado River ligt op het Colorado Plateau en miljoenen jaren geleden was de Colorado River een rustige rivier. Soms stroomde de rivier van oost naar west en de andere keer weer van west naar oost. In de daaropvolgende 5 miljoen jaar steeg het Colorado Plateau 1200 meter. Door het oprijzen ontstonden ook de Rocky Mountains.

De neerslag die in het jonge gebergte viel, baande zich een weg naar beneden en vormde grote meren en langzaam maar zeker ontstond een woeste Colorado-rivier. De zachte zand- en kalksteenlagen waren niet bestand tegen de eroderende werking van de rivier, die diepe kloven en holtes uitsleet. Dit gebeurde door het snelstromende water met stukjes steen en zand dat als een schuurmiddel werkte. De kloven zouden uitgroeien tot wat we vandaag de dag 'Grand Canyon' noemen.


Oorspronkelijk mondde de Colorado, via een klein stukje Mexico, uit in de Golf van Californië. Echter doordat al het water gebruikt wordt voor irrigatie, drinkwatervoorziening en ander gebruik, stopt de waterstroom tegenwoordig voordat hij Mexico bereikt. Enkel door een afgesloten verdrag met de Verenigde Staten bereikt nog een kleine tien procent de monding.

De oppervlakte van het stroomgebied is 637.140 km² (waarvan er 5.200 km² Mexicaans grondgebied is). In het stroomgebied liggen talloze grote maar ook kleine zijrivieren. De Virgin, de Paria en de Kanab zijn een paar van zulke zijrivieren. De Colorado voert de neerslag van een gebied met een oppervlakte van 629.000 km² af.


Ongeveer 8000 jaar geleden woonden er al kleine groepen nomadische jager-verzamelaars in het Colorado River bassin. Tussen 2000 en 1000 jaar geleden bewoonden steeds meer indianen de oevers van de Colorado en haar zijrivieren. Langs de oevers ontstonden grote agrarische beschavingen, enkele zelfs van de meest geavanceerde inheemse culturen in Noord-Amerika. Deze culturen verdwenen echter ook weer. Dit was waarschijnlijk te wijten aan een combinatie van ernstige droogte en slecht landgebruik. De meeste inheemse volkeren die vandaag nog in de buurt van de rivier wonen, stammen af van andere groepen die zich hier 1000 jaar geleden vestigden. De eerste Europeanen kwamen omstreeks de 16e eeuw in deze regio.
In 1540 onderzocht de Spaanse ontdekkingsreiziger Melchor Díaz als een van de eerste Europeanen de rivier. Ook jaren daarna waren er veel expedities in en om de Colorado River. Echter grote stukken bleven onontdekt, te gevaarlijk, niet bereikbaar en het was het leefgebied van vijandige indianenstammen. Bij de onafhankelijkheid van Mexico in 1821 werd een deel van de rivier eigendom van Mexico. Het vroege contact tussen Europeanen en indianen was over het algemeen beperkt tot de bonthandel in de bovenloop en sporadische handel langs het onderste gedeelte van de rivier.
Na de oorlog met Mexico in 1846, kwam het grootste deel van de Colorado River bekken in bezit van de VS. Het grootste deel van de loop van de rivier was nog steeds het onderwerp van mythen en speculaties.

Verscheidene expedities hebben stukken in kaart gebracht maar nog nooit volledig.
Dit gebeurde pas in het midden van de 19e eeuw. In 1869 leidde John Wesley Powell, een éénarmige veteraan uit de Burgeroorlog, een expeditie. Deze begon bij het Green River Station in Wyoming en eindigde stroom afwaarts over de Colorado River bij St. Thomas, Nevada, in de buurt van de huidige Hoover Dam. Deze expeditie van negen man, met boten en zonder ervaring met raften, hebben bijna de hele rivier verkend. De Powell expeditie verzamelde waardevolle informatie die later zou worden gebruikt om de rivier voor navigatie en watervoorziening te ontwikkelen.

Eind 19e eeuw voeren stoomboten, vanaf de Golf van Californië, over de rivier. Als ze niet verder konden werd de lading bij een aanlanding overgeladen op wagens die de goederen verder het binnenland van New Mexico Territory in brachten.

Begin 20e eeuw begon men met de bouw van dammen in de Colorado River waarvan de Hoover Dam (1935) de bekendste is. Het merendeel van de grote stuwdammen in het stroomgebied werd gebouwd tussen 1910 en 1970. De Colorado wordt nu beschouwd als een van de meest gecontroleerde  rivieren in de wereld waar elke druppel van het water volledig benut wordt.

De afsluiting en omleiding van de Colorado River heeft ook grote schadelijke gevolgen gehad voor de natuur en historie. Voor de rivier zelf maar ook voor alle zijrivieren. Tijdens de bouw van de Glen Canyon Dam hebben milieuorganisaties hun best gedaan de bouw tegen te houden of een lagere dam te laten bouwen. Helaas hadden ze geen succes. De vraag naar water blijft stijgen en bij te weinig water zou dit ten koste gaan van de economie.
Wat een geweldige ervaring hier net boven het wateroppervlak van de een van de beroemdste en bekendste rivieren van Amerika te staan. Dit is toch wel echt vakantie en we genieten met volle teugen. Op het water zien we een groepje eenden zwemmen. Ze hebben moeite om tegen de stroom in te zwemmen maar het is wel te zien dat ze hier thuishoren. Misschien zijn het wel Colorado Ducks of Kwik Kwak en Kwek met hun familie. We zijn uiteindelijk in het land van Disney.














Het is nu tijd voor Lees Ferry Historic District. Het is vlakbij dus kunnen we dat wel lopend doen. Bij het begin van de trail staat een soort brievenbus en daarin zitten boekjes met informatie over de belangrijke locaties.

Lees Ferry is ook bekend als Little Colorado Station en Saints Ferry. De Colorado River was een onneembare barrière en hindernis. Lees Ferry was de enige plek waar de mensen in het verleden, onder bepaalde omstandigheden, de bijna onneembare Colorado River over konden steken. Door unieke geologische omstandigheden waren de rosten aan beide kanten van de rivier op deze plek dusdanig afgesleten dat men redelijk makkelijk bij de rivier kon komen. Het was ook de plek waar de Colorado Rivier rustiger stroomde dan de stukken die boven en onder Lees Ferry liggen.

De eerste Europeanen die een poging deden gebruik te maken van de oversteekplaats bij Lees Ferry waren de mensen van de 18e-eeuwse Dominguez-Escalante Expedition. Een Spaanse expeditie die op zoek was naar nieuw land en bekeerlingen ten noorden van New Mexico en Californië. In 1776 kwamen Francisco Atanasio Domínguez en Silvestre Vélez de Escalante, de twee Franciscaner priesters die de expeditie leiden, in wat we nu Utah noemen aan. Ze hadden echter zo’n barre tocht gehad dat ze niet veel later besloten terug te gaan naar Santa Fé. Op de terugweg moesten ze een oversteekplaats over de Colorado River zien te vinden. Hun Indiaanse gidsen vertelden hen dat er maar twee plekken waren om de rivier over te steken. De plek die we nu kennen als Lees Ferry en de andere verderop in de Glen Canyon.

Ze kwamen bij Lees Ferry maar vonden die plek te breed en te diep. Daarop gingen ze verder de Glen Canyon in en 64 km. stroomopwaarts konden ze de Colorado River oversteken. Deze plek kennen we nu als Crossing of the Fathers of ook wel Pahreah Crossing genoemd. Door Lake Powell ligt deze plek nu onder water. Begin 1777 kwamen de Franciscaner paters weer terug in Santa Fé. 

Omstreeks 1861 kregen de Mormonen van hun leider, Brigham Young, de opdracht om het zuiden van Utah en het noorden van Arizona te koloniseren. Ze moesten zich gaan vestigen langs de Little Colorado River en op andere plaatsen in Arizona. Daardoor diende Lees Ferry als een gateway. Het merendeel van de kolonisten waren ook Mormonen. Zij hadden zich namelijk al gevestigd in de Vallei van Utah, in de buurt van het huidige Salt Lake City en trokken naar Arizona.

In maart 1864 bouwden aan aantal Mormoonse frontiers, en de Indiaanse missionaris Jacob Hamblin, een vlot aan de monding van de Paria. Ze maakten de eerste succesvolle oversteek op het punt van de Colorado die we nu als Lees Ferry kennen. Hamblin was op een missie om de Navajo in Noord Arizona te waarschuwen te stoppen met invallen in Utah. Ze stalen daar het vee en hielden de Mormoonse kolonisatie tegen. Veel pioniers wilden verhuizen naar dit gebied maar het werd als onrustig en gevaarlijk gezien. Ondanks jaren van inheemse bezetting lag het land, door het Minifest Destiny, voor de pioniers voor het grijpen. Echter, er kwam geen vrede en in de jaren die erop volgden waren er regelmatig oorlogen tussen de autochtone indianen en de Mormonen. De gevechten escaleerden dusdanig dat de Mormonen bewakers plaatsten bij de Ute Ford, de oversteekplaats van de paters "Pahreah Crossing" en bij Lees Ferry. In de winter van 1869-1870 werd er bij Lees Ferry een klein stenen gebouw en een corral gebouwd met de naam "Fort Meeks." Langs de Paria River gebruikte Hamblin een stuk grond voor de landbouw en is hij begonnen met de aanleg van een irrigatiekanaal.


John D. Lee, naar wie Lees Ferry nu is genoemd, kwam pas in 1870 als veerman bij de oversteekplaats. Het doel van de Mormonen was een permanente veerdienst dienst voor Mormoonse kolonisten naar het zuiden van Arizona in te stellen. Eigenlijk was Lee verbannen naar deze plek. In 1857 had Lee deelgenomen aan het Mountain Meadows bloedbad. Een groep indianen en Mormonen, waaronder Lee, viel een passerende trein aan die op weg was naar Arkansas. In de trein zaten pioniers en kolonisten en tijdens de aanval werden er 120 gedood. De ondoordachte aanval was niet de bedoeling maar het gevolg van de hysterie rond de 'Utah War" in 1857. Deze oorlog was het gevolg van vijandigheid en de moord op de mormoonse apostel Parley P. Pratt in de buurt van Van Buren in de staat Arkansas. Om niet in Arkansas veroordeeld te worden vluchtte en verhuisde Lee na het bloedbad naar de oversteek bij de Colorado River, Lees Ferry.

Met twee van zijn vrouwen en kinderen creëerde hij een kleine nederzetting die vandaag nog te bekijken is. Toen één van zijn vrouwen daar kwam verzuchtte ze: wat is dit een eenzaam dal, Lonely Dell, vandaar de naam voor de nederzetting Lonely Dell. De Mormonen lieten Lee met rust onder voorwaarde dat hij het veer bedienen zou. De veerbootdienst werd formeel opgericht in januari 1873. Vier jaar later werd Lee uiteindelijk toch gearresteerd door de Amerikaanse overheid voor zijn rol in het bloedbad in Arkansas. Hij werd alsnog schuldig bevonden en werd in 1877 geëxecuteerd door een vuurpeloton in Mountain Meadows. Lee heeft zijn deelname aan het bloedbad nooit ontkend maar heeft altijd volgehouden dat hij van hogerhand opdracht heeft gekregen voor de aanval. Hij is ook de enige van de 50 mannen die deel hebben genomen aan het bloedbad die is veroordeeld.

De jaren 1876-1890 waren de drukste jaren voor de veerboot en veel Mormonen vestigden zich langs de Little Colorado River in Arizona. Een huwelijksbevestiging van een Mormoons echtpaar was alleen mogelijk in een Mormoonse Tempel. Toen de tempel in St. George in Utah klaar was werden daar de huwelijken uit Arizona voltrokken. De oversteek en de trail van Arizona naar de tempel in St. George werd daarom ook wel "The Honeymoon Trail" genoemd. De kosten voor het overzetten bedroegen voor Mormonen $ 2,00 per wagen, $ 1,00 per paard en ruiter, en $ 0,25 per persoon. Niet-mormonen betaalden ongeveer 50% meer.

Na de dood van Lee werd zijn vrouw Emma eigenaar van de ferry. Zij bediende de veerboot en onderhield de ranch. De Mormoonse Kerk was zich terdege bewust van het belang van Lees Ferry als schakel tussen de nederzettingen in Arizona en Utah. In 1879 kocht de kerk de rechten van de ferry voor $ 3000. De kerk stuurde daarna Warren Marshall Johnson en later andere families naar deze plek om de veerboot te bedienen.

De veerboot bleef in dienst tot 1928 tot de Navajo Bridge, 4 miles stroomafwaarts, in gebruik werd genomen. Ironisch genoeg is de brug letterlijk de ondergang van de veerboot geworden. De veerboot werd gebruikt om materialen voor de bouw van de brug naar de overkant te brengen. In 1928 kapseisde de veerboot met een lading materiaal voor de brug.  Hierbij kwamen 3 mannen om. De enige personen die met het oversteken met deze veerboot zijn omgekomen. De veerboot is nooit vervangen en 7 maanden later was de brug klaar en werd deze in gebruik genomen. In 1974 heeft de Mormoonse kerk de locatie verkocht aan National Park Service die het nu in beheer heeft.

Lees Ferry wordt nu beschouwd als het officiële begin van de Grand Canyon National Park op de Colorado River. Het wordt nu gebruikt als een visgebied. Veel vissers komen hier om op grote forel te vissen. Verder is het de lanceerplaats voor het raften op de Colorado River. Er zijn trips voor een dag tot enkele dagen of nog langer.
Verder is Lees Ferry ook het beginpunt of eindpunt voor backpacken en canyoneering langs de Paria River in de Paria Canyon-Vermillion Cliffs Wilderness. De trail is ongeveer 38 mijl lang en kan tussen de drie en zes dagen in beslag nemen vooral in combinatie met Buckskin Gulch. Tijdens de trail kom je langs historische rotstekeningen, slotcanyons, watervallen en natuurlijke bruggen.

Lees Ferry is ook de locatie geweest voor diverse film opnamen zoals Heritage of the Plains, in Stagecoach (1939) en scenes uit Into the Wild (2006).

Het is tijd de omgeving te verkennen en te kijken wat erover is van het oude Fort Meeks en de plek waar het veer over de Colorado River voer. Eigenlijk doen we een stuk van de Spencer Trail. Dat is een 3,7 mile lange trail die naar de Spencer Trail Lookout gaat. Het eerste stuk van de trail is vlak en makkelijk maar het laatste stuk is pittig en gaat via een aantal switchbacks naar de lookout. Vandaar heb je een prachtig zicht over de Colorado River, de boten helling en kun je de campground zien. Wij gaan het niet helemaal doen maar wel het eerste stuk. We komen langs de oude gebouwen van Fort Meeks en de verblijven van John. D. Lee.
Gebouwtjes gemaakt uit rotsblokken uit de omgeving met en deur en een paar kleine ramen. Sommige gedeelten ontbreken maar je kunt je er een goed beeld van vormen hoe het geweest moet zijn. Het eerste gebouwtje stamt uit 1911 en was het hoofdkwartier van Charles H. Spencer gold mining company.
Het was een van de eerste gebouwen van de acht stenen gebouwen die hij liet bouwen langs de weg naar de ferry. Het gaf het idee van een klein stadje. Het tweede en grotere gebouw is gebouwd door de Mormonen in 1874 in opdracht van Church President Brigham Young. Dit werd een “fort” om de reizigers te beschermen.




Op een van de gebouwen is een steen waar J. Hislop in is geschreven. Waarschijnlijk hebben ze de naam er met een andere steen in gebeiteld. J(acob) Hislop deed in 1889 mee met een expeditie van de Pacific Railroad Company. Ze moesten onderzoeken of een spoorlijn langs en over de Colorado River mogelijk was. Een lid van de expeditie verdronk vlakbij Lees Ferry. Later verdronken verderop op de Colorado River nog twee  expeditieleden. Men had bezuinigd op de reddingsvesten en dat is dus een aantal leden fataal geworden. Na de laatste verdrinking werd de expeditie afgebroken. Later is er nog een nieuwe expeditie geweest maar er kwam geen spoorlijn. 
Verderop zijn nog de restanten van Spencer Bunckhouse en liggen er nog stukken van een motor te verroesten. Ook liggen er nog restanten van een boiler. Spencer had nabij Lees Ferry een goudmijn. Om goud aan het erts, modder en de klei te onttrekken moest hij kwik gebruiken. Het had pompen, zeven etc. nodig en die moesten aangedreven worden door stoom. Vandaar de boilers.   




Om stoom op te wekken had Spencer ook brandstof nodig en dat was er weinig op deze plek. Ongeveer 25 mijl verderop, bij Warm Creek Canyon, wonnen ze kolen en die transporteerden ze met muilezels naar Lees Ferry maar de aanvoer was heel moeilijk. Daarom besloten ze een stoomboot te bouwen. Deze werd in San Francisco gebouwd en per trein naar Marysvale (Utah) vervoerd. Toen in stukken naar de monding van de Warm Creek Canyon getransporteerd en in elkaar gezet. De stoomboot kon per keer ongeveer 5 tot 6 ton aan kolen vervoeren. Spencer had niet veel geluk. De goudmijn was niet succesvol en tijdens een overstroming van de Colorado River is de stoomboot gezonken. De opbouw van de boot werd gesloopt maar de ketel en de rest van de stoomboor ligt nog onder water langs de oever. Van de oever af zien wij onder water nog wat liggen. Dat zullen de restanten van de stoomboot wel zijn. Aan de andere kant van de locatie begint de Spencer trail. Het was leuk dit alles even te zien en erover te lezen. Het is tijd weer terug te gaan naar de camping. Er komt trouwens een hele dreigende lucht aan.

Rustig wandelen we weer terug en onderweg genieten we van de omgeving. Deze ligt bezaaid met grote en kleine rotsblokken. Hier en daar staan wat kleine struikjes, gras en er bloeien een paar cactussen. Mooi, ze vallen wel op met hun mooi gele en roze kleur.  






















Als we bij de camper zijn rijden we naar de camping. Het is nog heerlijk weer en we kunnen nog mooi even van de zon genieten, even voor stokstaartje spelen. Op de camping groeien trouwens heel veel verschillende wilde planten. Er staan grote struiken met oranje bloemen. Meestal heb je eerst een bloem en dan later een vrucht. Bij deze lijkt het net andersom. Aan de takken zitten grote peervormig knoppen en als die open gaan komt er een grote oranje bloem uit. Heel apart, nog nooit zoiets gezien. Verder een bloem die lijkt op een soort zeeanemoon, met fijndradige “tentakels” net of wil de plant het eten uit de lucht vangen.






Verder kleine bomen met hele lange peulen, ‘t lijken wel stokbonen. De zaden zijn er al uit en de lege peulen hangen als rieten rokjes aan de takken. Een soort lijster hipt over het terrein en zoekt naar eten. Zo te zien is het nog een jonge vogel. In de lucht zweven een aantal vogels. Een andere campinggast zit er ook naar te kijken en hij zegt dat het vultures zijn, dus gieren van de Nieuwe Wereld. De bergen zijn opgewarmd en daardoor ontstaat stijgende luchtstromen waar deze vogels mooi op kunnen zweven. Als we later de foto’s zien blijkt het dat het de roodkopgier of kalkoengier is.

De roodkopgier of kalkoengier is een roofvogel die leeft in Noord-, Midden- en Zuid-Amerika. Deze soort is nauw verwant aan de geelkopgier en die leeft in hetzelfde gebied als de zwarte gier. Het is de meest voorkomende gier in de Amerika's. Het is een vrij grote vogel met een lengte van:
64-81 cm. en een vleugel spanwijdte van 140 tot180 cm en een lange staart. Tijdens de vlucht maakt de vogel gebruik van thermiek en hij gebruikt zijn vleugels daarom zelden.

Het is een zwarte of grijsbruine vogel met een vuurrode kop en nek, vandaar ook zijn naam. De Amerikaanse kalkoenen die in dezelfde omgeving leven hebben in het paarseizoen ook een rode kop en rode kwabben. Daarom wordt de vogel ook wel kalkoen gier genoemd. In de Amerika wordt deze vogel ook wel (Turkey) Vulture genoemd of gewoon buzzard. De naam "gier" is afgeleid van het Latijnse woord vulturus, wat betekent "verscheurder" en is een verwijzing naar de eetgewoonte. In het Arizona Desert Museum hebben ze zelfs een fokprogramma voor deze vogel. Ze kunnen vrij oud worden; ongeveer 12 tot 17 jaar. Deze gier wordt vaak gezien staand in een spread-winged houding. De houding wordt vaak om verschillende redenen gebruikt, het drogen van de vleugels, opwarmen van het lichaam en doden door zonlicht van bacteriën.

De roodkopgier is een van de weinige vogels die zijn voedsel vindt door middel van geur en dat is ongewoon in de vogelwereld. Ze vliegen vaak laag bij de grond gaan op zoek naar de geur van ethyl mercaptaan, een gas dat ontstaat bij het begin van ontbinding van dode dieren. De olfactorische kwab van de hersenen die de geuren verwerken is bijzonder groot in vergelijking met de andere dieren. Door deze verhoogde geur capaciteit kunnen ze zelfs dode dieren ruiken onder begroeiing zoals bomen en struiken. Koningsgieren, zwarte gieren en condors kunnen geen dode dieren ruiken en moeten het van hun ogen en zicht hebben. Vaak komt de roodkopgier als eerste aan bij het karkas. De roodkopgier wordt vaak gevolgd of gespot door de konings- of zwarte gier of de condor. De kalkoen gier wordt dan verdreven omdat deze kleiner is dan de koningsgier en zwarte gier of condor. Deze vogels beginnen vaak met het kadaver. Dit omdat de roodkopgier vaak de taaie huid van het kadaver niet open kan scheuren. Als de koningsgier of de condor genoeg hebben gegeten mag de roodkopgier de restjes hebben. Dit is een voorbeeld van de onderlinge afhankelijkheid tussen de soorten.

 Net als andere gieren is de roodkopgier een afvalopruimer en eet hij aangespoelde vis, dode en rottende dieren en fruit. Hij heeft een voorkeur voor kleine karkassen, maar ook op grotere dode dieren zal de roodkopgier afkomen. Roodkopgieren gaan regelmatig langs snelwegen op zoek naar dieren die slachtoffer geworden zijn van het verkeer. Daarnaast staan ook eieren van andere vogels en kleine diertjes zoals hagedissen en insecten op het menu. Ze doden zelden of nooit zelf een prooi.

De roodkopgier leeft in grote groepen van ongeveer dertig exemplaren, waaronder mannetjes, vrouwtjes en jonge vogels. In gebieden met veel prooi en veel broedplaatsen nestelen, slapen en jagen roodkopgieren vaak samen met zwarte gieren. Vaak zit de roodkopgier in een boom of zweeft hij boven de omgeving op zoek naar voedsel. Dankzij het grote vleugeloppervlak in combinatie met zijn lage gewicht en zijn gevingerde vleugelpunten is de roodkopgier een goede zwever. Tijdens het zweven worden de vleugels in een ondiepe V-vorm gehouden. Door de geur van de dode dieren vindt de roodkopgier zijn eten. Er zijn maar weinig vogels waarvan bekend is dat ze goed kunnen ruiken.

Vrijage rituelen van de roodkopgier doen ze in grote groepen. Ze verzamelen zich in een cirkel waar ze bepaalde manoeuvres uitvoeren om zo dicht mogelijk bij een vrouwtje te komen. Het nest van de roodkopgier bestaat meestal uit een holte in een rots of boom. Soms nestelt deze roofvogel ook op gebouwen. Het nest wordt bekleed met takjes, veren en stukjes huid, die de gier van dode dieren aftrekt. Met behulp van gedroogde uitwerpselen wordt het nest verstevigd. Het vrouwtje legt één tot drie eieren, waarop beide geslachten om de beurt broeden. Na circa 42 dagen komen de eieren uit. De kuikens zijn altricial of hulpeloos bij de geboorte. De jongen worden gevoed met opgebraakt voedsel uit de krop. De ouders zorgen ongeveer 10 tot 11 weken voor de jongen. Na drie maanden kunnen de jonge roodkopgieren vliegen. Families bij elkaar blijven tot de herfst.

Roodkopgieren kunnen zich goed aanpassen en leven dan ook in uiteenlopende gebieden zoals graslanden, bossen en stedelijke gebieden. Droge bossen, akkerland en savannes zijn echter favoriet. Dit dier is samen met de zwarte gier één van de meest algemene Amerikaanse roofvogelsoorten. In de Verenigde Staten, is de gier wettelijke beschermd door een wet uit 1918. 

In het verleden werd de roodkopgier vaak beschuldigd voor het overbrengen van miltvuur of varkenspest. Veeboeren zagen de vogel met de zwarte gier als een bedreiging. Echter, het virus dat varkenspest veroorzaakt wordt vernietigd wanneer het door het spijsverteringskanaal van de gier gaat. Eigenlijk zouden de boeren blij moeten zijn met deze opruimers omdat ze het verspreiden van de ziekte voorkomen. De roodkopgier zou ook pasgeboren vee aanvallen. Daarom werd er in het verleden ook meedogenloos op deze vogel gejaagd. De roodkopgier wordt vaak verward met de zwarte gier die wel pasgeboren vee aanvalt. De roodkop gier doodt geen levende dieren maar bevindt zich wel vaak in groepen zwarte gieren. Ze scharrelen ertussendoor en eten wat de zwarte gieren achterlaten. Als dat op een locatie is waar een kalf is gedood, geeft dat een onjuiste indruk dat de roodkopgier een gevaar is voor jonge kalveren. 

In onze stoeltjes genieten we van alles om ons heen. Omdat we iets hoger staan hebben we zicht op de Colorado River. De camping zit bijna tegenover de Paria Riffle. Dat is de plek waar de Paria River in de Colorado River uitmondt. Voor ons, aan de overkant van de Colorado River, de Echo Cliffs. De zon zakt langzaam en de rots begint oranje op te gloeien. De Echo Cliffs rijzen op uit de rivier en daarvoor zien we stroomversnellingen. Geen spannende hoor. 


 

















Mooi dat we een verlengsnoer met een stekkerdoos bij ons hebben. Dan kunnen we alles in een keer opladen. Er zit namelijk maar één stopcontact in het washok. Zittend in onze stoeltjes kunnen we mooi ons verhaaltje op de laptop maken en de foto’s uitzoeken die we op het blog willen zetten. Daarna gaan we onder het genot van een glaasje even lezen op de e-readers. Dan het tijd om wat te eten. Nanda flanst wat in elkaar en buiten,met het zicht op de Colorado River, genieten wij van ons eten. Dan even afwassen en wachten op de zonsondergang gang. In de kloof bij de rivier is dat heel anders dan op de rim. Het zal hier ook sneller donker zijn dan op de rim zoals in de Grand Canyon. Op een gegeven moment komen we in de schaduw van de kliffen. Heel benieuwd hoe dat er uit gaat zien.




Langzaam glijdt de schaduw over de rotsen en na een klein half uurtje liggen de kliffen in de schaduw. Nu wordt het heel snel donker en dus ook kouder. Lees Ferry is een geweldige plek om te overnachten, heel rustig en een geweldige ervaring om zo dicht bij de Colorado Rivier te kunnen komen. Dit is namelijk een van de weinige plekken waar je bij de rivier kunt komen. We blijven nog even zitten maar zoeken dan de warmte van de camper op. Nog even lezen en dan is het weer tijd om te slapen.
Totaal 154 miles gereden. 


Geen opmerkingen:

Een reactie posten

Onze reiservaringen per auto en camper van San Francisco naar Las Vegas.

Het is voorbij; de reis van 39 dagen is omgevlogen. Een geweldige reis en als we de foto’s en het reisverslag zien genieten we weer met...